“Je stuurt een Nederlander toch ook niet naar België omdat hij Vlaams verstaat?” Zo vatte Angela (26 jaar oud, HBO student en afkomstig uit Azerbeidzjan) haar absurde situatie samen. Haar verzoek om een verblijfsvergunning werd afgewezen, maar vanwege verre Armeense roots probeert de Nederlandse overheid haar al jaren terug te sturen naar Armenië – ook al heeft ze daar nog nooit gewoond. Momenteel weigeren beide landen mee te werken aan haar terugkeer, maar dat belette de overheid niet om haar hele familie in vreemdelingendetentie te plaatsen – in afwachting van een onmogelijke uitzetting.
Het verhaal van Angela is helaas niet uniek. Nieuw onderzoek van het ASKV en het European Network on Statelessness wijst uit dat detentie nog altijd regelmatig wordt opgelegd zonder grondig onderzoek naar het zicht op uitzetting.
Nederland telt nog altijd bijna 2,000 staatlozen en ruim 80,000 mensen van “onbekende nationaliteit”. Staatlozen worden door geen enkel land ter wereld als burger erkend. Meer dan 10% van de asielverzoeken in 2014 was afkomstig van staatlozen. Als gevolg van de toename van het aantal asielverzoeken in 2015 stijgt de grootte van het probleem ook in absolute zin snel. Daarnaast ziet de Nederlandse Staat zich al geruime tijd geconfronteerd met uitgeprocedeerde asielzoekers uit ‘moeilijke landen’ zoals Armenië, Eritrea, Iran en Sudan, die hun vermeende burgers niet of nauwelijks van documenten voorzien om terug te keren. In afwachting van een reactie die nooit komt verblijven mensen soms maanden in vreemdelingendetentie. Dit gebeurt ook als vooraf al duidelijk kon zijn dat de kans op afgifte van papieren nihil was.
Staatlozen zijn inherent onuitzetbaar omdat geen enkel land hun terugkeer accepteert. In Nederland mag vreemdelingendetentie alleen worden opgelegd als uitzetting in de praktijk haalbaar is. Aangekondigde wijzigingen in de vreemdelingenwet zullen dit principe steviger verankeren, maar er blijft reden tot zorg. De unieke situatie van staatlozen en ‘onuitzetbaren’ wordt nog altijd niet meegewogen in het besluit om detentie op te leggen, blijkt uit nieuw onderzoek. Herhaalde detentie komt veelvuldig voor, tot een rechter vrijlating gelast omdat het doel van detentie (verwijdering) niet kan worden behaald. Zonder verblijfsrecht én zonder mogelijkheid terug te keren zijn mensen veroordeeld tot een bestaan in de marge.
Al in september 2014 kondigde de regering een procedure aan om staatloosheid formeel vast te stellen (zoals er ook een vluchtelingenprocedure bestaat). Deze belofte is helaas nog altijd niet gestand gedaan. Nieuwe wetgeving zal ook het gebruik van alternatieven voor detentie vaker verplichten. Het ASKV roept de regering op om met beide zaken haast te maken, om te voorkomen dat meer mensen doelloos en arbitrair in gevangenschap worden geplaatst.
|