In Nederland is een aanzienlijke groep ongedocumenteerden die om uiteenlopende redenen buiten het asielsysteem vallen. Sommigen hebben ernstige psychische of lichamelijke problemen, zijn staatloos of worden niet geaccepteerd waar ze vandaan kwamen. Om bestendige oplossingen te realiseren voor deze migranten zonder recht op verblijf of rijksopvang, ging medio 2019 het pilotproject LVV van start: de Landelijke Vreemdelingen Voorziening. In deze landelijke pilot werken 5 grote steden samen met maatschappelijke organisaties en landelijke diensten. In Amsterdam startte het project op 1 juli 2019.
Nu, precies een jaar later, worden de resultaten van de LVV zichtbaar. Het is fijn te kunnen constateren dat er positieve ontwikkelingen zijn. Zo worden er meer mensen opgevangen voor langere tijd en is er meer duidelijkheid over wie er wordt opgevangen en wat het perspectief is. Er wordt meer samengewerkt tussen de verschillende organisaties, zoals tussen woonbegeleiders en casemanagers. Daarnaast zijn er voor cliënten meer mogelijkheden voor begeleiding en voor kleinschalige 24-uurs opvang. Toch gaat er in de praktijk nog veel mis: er zijn verschillende belemmeringen die de beoogde oplossingen-op-maat in de weg staan. ASKV/Steunpunt Vluchtelingen is ervan overtuigd dat de LVV een stap in de goede richting is, maar dan is het noodzakelijk dat een aantal zaken worden verbeterd.
1) Geef rijksdiensten mandaat om beslissingen te nemen
Bij de begeleiding van ongedocumenteerden zijn veel verschillende partijen betrokken. Dankzij de opzet van de LVV werken deze nu beter samen en kan er sneller geschakeld worden naar een oplossing. Toch zijn er veel dossiers die al jaren lopen en nog steeds muurvast zitten. Het mandaat van medewerkers van de IND en DT&V die deelnemen aan de casusbesprekingen is ontoereikend. Ook is het door wijzigingen in het Vreemdelingenbesluit niet meer mogelijk voor de staatssecretaris om schrijnende, individuele gevallen alsnog asiel te verlenen of verblijf te vergunnen. De mensen om wie het gaat zitten zonder enig perspectief en zonder voldoende basisvoorzieningen voor onbepaalde tijd vast in Nederland. Dat is voor niemand wenselijk.
ASKV pleit ervoor om te zorgen voor meer mandaat bij de rijksdiensten, en landelijke of lokale commissies in te stellen die in uitzonderlijk schrijnende zaken bevoegd zijn om een vergunning te verlenen.
Adeline vluchtte in 2003 voor het oorlogsgeweld in Sierra Leone. In Nederland werd ze herenigd met haar zoons. Toen ze werd geopereerd aan baarmoederhalskanker slaagde de operatie maar deels: het ruggenmerg werd geraakt en haar darmen bleken verkleefd met andere organen. Adeline hield er chronische pijnklachten aan over en is nu meervoudig beperkt. In Sierra Leone heeft zij geen netwerk meer. In Amsterdam wordt zij al jaren opgevangen door verschillende organisaties zoals het Leger des Heils en HVO Querido, op dit moment verblijft ze in de LVV. Haar aanvraag op humanitaire gronden (ondersteund door wijlen burgemeester Van der Laan) is afgewezen door de IND, de rechter heeft haar in het gelijk gesteld, waarop de IND weer afwees, de rechter haar weer in het gelijk stelde, de IND schreef daarna weer een afwijzing, maar heeft deze ingetrokken, nu dreigt de IND opnieuw negatief te beslissen.
2) Creëer een sluitende overheidsvoorziening voor ernstig zieke ongedocumenteerden
Sinds tien jaar biedt het Medisch Opvangproject Ongedocumenteerden (MOO) van het ASKV opvang en begeleiding aan ongedocumenteerden met ernstige psychiatrische en/of somatische problematiek. Zonder MOO zouden deze mensen zonder zorg op straat staan. Zij bevinden zich in een situatie die uitzichtloos lijkt en waar ze moeilijk alleen uit kunnen komen. Vanuit een stabiele onderdaksituatie werkt MOO met hen aan een passend en succesvol toekomsttraject: legaal verblijf in Nederland of terugkeer naar het land van herkomst.
Binnen de LVV werkt het MOO nauw samen met andere organisaties en de LVV-gemeenten. Om het probleem echter structureel op te lossen, is een landelijk, sluitend opvangsysteem noodzakelijk. Alleen als er aandacht is voor goede overdracht binnen de GGZ en heldere afstemming over individuele begeleiding, kunnen we definitieve oplossingen verwezenlijken. Ook de samenleving is erbij gebaat als deze kwetsbare doelgroep adequaat opgevangen en begeleid wordt.
ASKV pleit voor een landelijk, sluitend opvangsysteem voor ongedocumenteerden met ernstige psychische en/of somatische problematiek, en stel structurele financiering vanuit de overheid beschikbaar hiervoor.
Het MOO is een goed voorbeeld van hoe deze kwetsbare groep weer perspectief geboden kan worden met de juiste medische, maatschappelijke en juridische begeleiding. Hiervoor zou structurele financiering vanuit de overheid beschikbaar moeten komen zodat de continuïteit wordt gewaarborgd.
Na een jeugd vol oorlogsgeweld werd Aruni (29) jarenlang gemarteld en verkracht in een Tamil detentiekamp. Eenmaal gevlucht uit Sri Lanka kan Aruni nauwelijks praten over wat haar is overkomen. De IND vindt haar verhaal niet geloofwaardig en wijst haar asielaanvraag af. Aruni moet haar opvanglocatie verlaten. Tijden later wordt ze bij MOO geplaatst, waar het in eerste instantie heel slecht met haar gaat. Ze is somber en angstig, en slaapt nauwelijks. Ook durft ze niet naar buiten en praat ze vrijwel niet. Het MOO zorgt dat Aruni traumabehandeling kan ondergaan. Langzaamaan groeit het vertrouwen van Aruni en gaat het beter met haar. Intussen doet het MOO dossieronderzoek en komt tot de conclusie dat het asielrelaas van Aruni wel aannemelijk was én dat zij risico loopt bij terugkeer naar Sri Lanka. Met hulp van een deskundige wordt een uitgebreid rapport opgesteld over Aruni’s vluchtverhaal en de situatie in Sri Lanka. Dit vormt de basis van een herhaald asielverzoek, dat uiteindelijk wordt toegekend.
3) De buitenschuldprocedure is ontoereikend
De asielprocedure is dusdanig ingewikkeld, dat deze vaak meer dan een jaar in beslag neemt. De LVV-aanpak lijkt weliswaar vruchten af te werpen, maar na één jaar kunnen we hier nog geen significante uitspraak over doen. Voor een specifiek groep brengt LVV duidelijk nog geen schot in de zaak: in Nederland zit een grote groep mensen vast die zijn uitgeprocedeerd, maar niet terug kunnen naar het land van herkomst. Bijvoorbeeld staatlozen die hun identiteit niet kunnen bewijzen omdat de ambassade van hun land niet wil meewerken. De IND hanteert zeer strikte hardheidscriteria voor het bewijs hiervoor, die de laatste jaren bovendien alleen maar strenger zijn geworden.
ASKV wil dat vluchtelingen een ruimere mogelijkheid krijgen om aan te tonen dat ze buiten hun schuld niet kunnen terugkeren naar land van herkomst.
Als een vluchteling al jarenlang geprobeerd heeft zijn of haar herkomst, identiteit of nationaliteit te bewijzen, dan moet diegene het voordeel van de twijfel krijgen. Ook als de bewijsstukken niet aan alle hardheidscriteria van de IND voldoen.
Ook kan de positie van staatlozen verbeterd worden in Nederland. Het Ministerie van Justitie en Veiligheid heeft op 28 september 2016 het wetsvoorstel ‘Rijkswet vaststellingsprocedure staatloosheid’ ter consultatie gepubliceerd. Dit voorstel is nu, bijna vier jaar later, echter nog steeds niet voorgelegd aan de Tweede Kamer.
ASKV wil dat het wetsvoorstel ‘Rijkswet vaststellingsprocedure staatloosheid’ zo snel mogelijk wordt gepresenteerd en dat de vaststelling van staatloosheid wordt gekoppeld aan een verblijfsvergunning.
In 2012 werd de asielaanvraag van Christopher uit Soedan afgewezen. Op basis van een taalanalyse was de IND ervan overtuigd dat hij uit Ghana kwam en niet uit Soedan. Na herhaalde pogingen kreeg Christopher in 2016 eindelijk een nationaliteitsverklaring van de ambassade van Zuid-Soedan. Toch was deze ontoereikend: er stond geen foto of geboortedatum op de verklaring. De ambassade weigerde een paspoort of ander identiteitsdocument af te geven. Ondanks het gebrek aan perspectief voor een asielvergunning, heeft Christopher de verklaring wel afgegeven bij de IND.
Christopher verblijft vervolgens enkele jaren in de Amsterdamse BBB. Dan wordt zijn casus behandeld tijdens de Veldtafel: een overleg met verschillende partijen in Amsterdam, waaronder de IND. Christopher stond onder medische behandeling en bij gebrek aan nationaliteitsdocumenten was er geen zicht op een verblijfsvergunning. In het overleg stelde het IND dat de situatie in Zuid-Soedan zodanig was verslechterd dat Christopher een grote kans maakt als hij nogmaals asiel zou vragen. Ook bleek de IND Christophers Zuid-Soedanese nationaliteit te hebben aangenomen op basis van de verklaring van de Soedanese autoriteiten. Bij de herhaalde aanvraag wist Christopher goed duidelijk te maken waar hij vandaan kwam en waarom hij bij terugkeer gevaar zou lopen. Enkele weken later kreeg Christopher eindelijk een vergunning.
4) Maak de LVV daadwerkelijk ‘landelijk’
Ongedocumenteerden in Nederland zijn jarenlang aan hun lot overgelaten en leiden een bestaan in de marge. De LVV zorgt ervoor dat voor deze mensen weer aan een bestendige oplossing wordt gewerkt. Maar in deze landelijke voorziening valt een groot gat: de meeste LVV-steden vangen uitsluitend mensen op met regiobinding. Ongedocumenteerden uit bijvoorbeeld Zeeland, Friesland en Noord-Limburg kunnen bijna nergens terecht. In provincies als Drenthe, Overijssel, Limburg en Flevoland is maar één BBB die lang niet voldoende capaciteit heeft. Dit zorgt voor oneigenlijke druk op voorzieningen in steden als Amsterdam. Zo belanden er in Amsterdam regelmatig grote groepen mensen op straat. Zeker in tijden van corona is dat extra schrijnend, omdat het voor mensen moeilijker is om gebruik te maken van hun eigen netwerk.
ASKV wil dat het aantal LVV-steden worden uitgebreid, of dat het aantal opvangplekken in de steden wordt uitgebreid en het criterium van regiobinding minder strikt wordt gehanteerd. Alleen zo komen we tot een landelijke dekking van de LVV.
5) Sta mensen toe zich nuttig te maken in hun kostbare levensjaren
De LVV zorgt ervoor dat mensen weer in beeld komen en dat er actief wordt toegewerkt aan een bestendige oplossing zoals een verblijfsvergunning, vrijwillig vertrek of uitzetting. Maar opnieuw wordt duidelijk dat deze oplossingen zelden op korte termijn worden gerealiseerd. Tijdens dit proces mogen ongedocumenteerden maar zeer beperkt werken en studeren. Dit heeft een grote negatieve invloed op hun vermogen om regie over hun eigen leven te nemen. Ze worden passief en hun leven staat stil. Zo verliezen mensen kostbare jaren – vaak precies in de levensfase waarin zij hun leven zouden moeten opbouwen. Activiteiten zoals een cursus, stage of (vrijwilligers)werk kunnen hen helpen grip op hun toekomst te krijgen.
Het ASKV pleit ervoor om ongedocumenteerden toe te staan onderwijs te volgen of stages, vrijwilligerswerk en betaald werk te doen zolang zij in Nederland verblijven. Dit heeft een positief effect op hun welbevinden en mensen zijn daardoor beter in staat om na te denken over hun toekomst.
Yusuf: “By nature, I have never in my life found myself in a stuck position like now. This is the first time that I have experienced that I have not been doing anything. This is traumatising. The courses have been what has really been getting me going, keeping me moving. I would like to give the course teachers an award. They have done a great job: they are so motivating, always responsive and gave us a lot of energy.”