Toen Dora’s* tweede asielaanvraag in 2021 werd afgewezen, leken er voor haar verder geen juridische mogelijkheden meer te zijn. Zes jaar eerder was ze vanuit Oeganda naar Nederland gevlucht en had ze asiel aangevraagd. Vervolgens wees de IND haar aanvraag af en kwam ze bij ASKV terecht. In 2018 begeleidde ASKV haar in een aanvraag voor uitstel van vertrek in verband met haar zwangerschap. Kort daarna diende Dora een opvolgende asielaanvraag in, met een nieuwe advocaat, die ook niet tot een vergunning leidde.
Toch zagen medewerkers van ASKV nog een andere mogelijkheid, namelijk via het reguliere vreemdelingenrecht. Dora zou recht kunnen hebben op een verblijfsvergunning in Nederland als moeder van haar dochter die de Nederlandse nationaliteit bezit. ASKV heeft samen met haar een aanvraag op grond van artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) voorbereid. Dit artikel bepaalt onder andere dat iedereen recht heeft op respect voor zijn of haar gezinsleven.
Voor deze aanvraag moest wel het een en ander verzameld worden. Toen halverwege 2021 bleek dat de Dienst Terugkeer & Vertrek de uitzetting van het gezin aan het voorbereiden was, heeft ASKV Dora en haar inmiddels twee kleine kinderen in huis genomen. Doordat Dora niet langer in de gezinslocatie van de Nederlandse overheid woonde, hoefde ze niet langer bang te zijn om uitgezet te worden en kreeg ze meer tijd om haar nieuwe aanvraag voor te bereiden.
Na een lange onzekere periode, en met veel doorzettingsvermogen, heeft ze in maart 2022 uiteindelijk haar verblijfsvergunning op grond van artikel 8 EVRM gekregen. Dora is dolblij met dit resultaat. Ze kan zich nu gaan richten op de toekomst voor haar en haar kinderen. Met haar achtergrond als sociaal-maatschappelijk dienstverlener hoopt ze snel werk te kunnen vinden. Helaas is haar tweede kind nog steeds ongedocumenteerd, dus blijft het gezin voorlopig nog in begeleiding bij ASKV.
*Dora is een gefingeerde naam.